homelopendarchiefvooruitblik
galerienieuwsexpoverhalenlinksreizencontact
Openingstijden:

afhankelijk van het tentoonstellingsaanbod
Archief
Materiaal en richting
zaterdag, 03 april 2004 - zaterdag, 08 mei 2004

Marinus Augustijn, houten objecten en schilderijen
Ester Oegema, metalen object en schilderijen
Ton de Vreede, objecten van glas, steen en metaal

Ester Oegema heeft een groot object van metaal gemaakt. Daarnaast zijn er schilderijen van haar te zien. Marinus Augustijn ‘construeert' beelden van hout. Zijn schilderijen zijn weer afgeleiden van zijn ruimtelijk werk. Ton de Vreede werkt veel met glas in combinatie met steen en metaal.
 
Materiaal als richting of bepaalt richting materiaalkeuze? Het is niet toevallig dat alle drie de exposanten gekozen hebben voor verschillende hoofdmaterialen. Getuigt hun keuze van een voorliefde voor een bepaald soort materiaal? Of is de materiaalkeuze een uitvloeisel van een idee, van een bepaalde visie op kunst? Het uiteindelijke resultaat is de wisselwerking tussen het ene, het idee, en het andere, materiaal, wat leidt tot het kunstvoorwerp, het product.
 
De overeenkomst tussen deze kunstenaars zijn wellicht hun innerlijke beschouwingen over het richtinggevend effect van het materiaal. De uitkomsten van de processen verschillen totaal. Uiteraard tot vreugde van de observatoren.
Materiaalkeuze is fundamenteel. In de kunstbijlage van de Volkskrant van 18 maart heeft Carel Blotkamp een artikel gewijd aan Donald Judd. In de Tate Modern in Londen is een grote overzichtstentoonstelling te zien van zijn sculpturen, grote metalen dozen in alle vormen, kleuren en maten. Judd (1928-2000) is een Amerikaanse beeldend kunstenaar die zowel criticus als kunstenaar was. Zijn streven was om kunst van vaagheid te vrijwaren. Van een kunstwerk verlangde hij dat het helder en eenduidig was: een concreet ding, een samenspel van visuele gegevens die afzonderlijk herkenbaar blijven, die elkaar niet verdringen.
 
De verhouding van een deel tot het geheel speelt in de sculpturen van Judd een cruciale rol, evenals de verhouding van die sculpturen tot de ruimte waarin ze zich bevinden.' Aldus Blotkamp. Wat Carel Blotkamp over Judd geschreven heeft, geldt in meer of mindere mate ook voor deze exposanten. Wij citeren de ‘statements' van een ieder.
 
Ester Oegema: het stalen object oogt fragiel, maar het is zwaar, in formaat en gewicht. Het licht speelt over de gekleurde geometrische vlakken. 
De gekleurde lichtobjecten zijn sober van vorm. De vorm is in evenwicht door de herhaling van vierkanten die een vierkant vormen. Licht en kleur zijn de dynamische toevoegende factoren die de geometrische beelden zijn magie verlenen. Ruimtelijk werk geeft mij meer mogelijkheden om te spelen met de fascinatie voor licht en kleur. Schilderijen benadert Ester als objecten. In een schilderij roept zij de illusie van ruimte op.
 
 
Ton de Vreede
 
Ton de Vreede werkt met steen, glas en metaal. Vooral de tegengestelde eigenschappen van het materiaal zijn interessant schrijft hij. ‘Steen kan vele kleuren hebben en draagt nog vaak de sporen van organisch materiaal. Het is massief en dicht, maar wel goed bewerkbaar. Glas daarentegen oogt luchtig, is transparant en heeft bijna altijd dezelfde kleur. Het is echter moeilijker te bewerken. Metaal lijkt een stug materiaal, maar is door diverse ingrepen redelijk ‘kneedbaar' geworden.
Het huidige werk van Ton is geïnspireerd op mythologische verhalen. Thema's zijn natuur, ethiek, dood en verlangen.

Marinus Augustijn zegt over zijn werk het volgende: ‘de nieuwe beelden die ik bij Galerie Werfkade 16 laat zien, zijn een vervolg op werken die ontstonden door ovalen in onregelmatige segmenten te verdelen, waarbij door herschikking beelden worden geconstrueerd. Van deze laatsten is een klein overzicht te zien.
 
De nieuwe werken bestaan ook uit segmenten: elke ring is in twaalven gedeeld. Het zijn vormen die zich veelal op het grensvlak van toegepast en autonoom bevinden. De vazen hebben allen een ander karakter, of letterlijk ‘uitstraling'. Ze trekken de aandacht van de buitenkant – de vorm – naar hun inwendige – de kleur. Het licht reflecteert op de segmenten en intensiveert de kleur. Ook de schilderijen zijn een spel van vorm en kleur, het tweedimensionale en de suggestie van ruimtelijkheid. Bij mijn nieuwe beeld ‘man, vrouw, tafel' (2004) heb ik voor de grootste figuur mijn eigen omtrekmaten als uitgangspunt genomen en gezocht naar de meest karakteristieke ‘hoogte' maten. Nieuw in dit beeld zijn de ruimtelijke relaties die de drie vormen aangaan.
 
'Het verschil tussen Judd en deze mensen is dat Judd zijn werken uitbesteedde aan gespecialiseerde bedrijven. Deze beeldend kunstenaars hebben ieder op eigen wijze de materialen op hun manier naar hun hand gezet.